Ouderen die internetten, hebben vaak het gevoel “er weer bij te horen”. Steeds meer ouderen zijn online, maar er is nog steeds een grote achterstand. Deze en andere conclusies komen naar voren in het boek “˜Surfende Senioren; kansen en bedreigingen van ICT voor ouderen’, dat op 22 september is gepresenteerd.
Het boek is een gezamenlijke publicatie van het Sociaal en Cultureel Planbureau, SeniorWeb en Fontys Hogescholen.
Niet alleen voor het gevoel mee te blijven tellen is het belangrijk dat ouderen kennis maken met de computer en internet, maar ook om de arbeidspositie van oudere werknemers te verbeteren.
Daarnaast kan ICT een bijdrage leveren aan de levenskwaliteit van senioren. De belangrijkste conclusies uit het boek:
– Ouderen zijn steeds beter vertegenwoordigd op het internet. Vooral onder de 55-64-jarigen steeg de internettoegang snel: van 9% in 1998 naar 64% in 2003. Het percentage 65-74 jarigen dat thuis een internetaansluiting heeft, steeg van 3% in 1998 naar 31% in 2003. Ook 75-plussers zijn vaker online: 1% in 1998 tegen 14% in 2003.
– Toch hebben ouderen nog altijd de grootste achterstand in de informatiesamenleving. In 2003 was 90% van de 12-17-jarigen online, 78 % van de 25-34-jarigen, 82% van de 45-54-jarigen en 64% van de 55-64-jarigen.
– Op het werk verzwakt de computer de positie van 50-64-jarige werknemers. Zij gebruiken minder vaak een computer, vooral als het om meer complexe toepassingen gaat, en zij hebben meer problemen als ze deze toepassingen wel gebruiken.
– ICT kan een zinvolle bijdrage leveren aan de kwaliteit van leven van ouderen door bij te dragen aan bijvoorbeeld langer zelfstandig wonen, aan medische zorg op afstand of aan het verkrijgen van passende overheidsinformatie.
Klik hier voor het complete persbericht op Seniorweb.